Er viel hier de afgelopen maanden geen spatje regen, en het was bloedheet. Gisteren echter, was het een koude, grijze, en miezerige dag. Iedereen, ook wij, weten dat dan vooral in bochten, de door auto’s gemorste olieproducten uit de poriën van het asfalt naar boven komen en dat het dan spekglad kan worden. Dat hebben we geweten.
Terugkomende van een 5 uur durende autorit door het ruige berglandschap van noord west Chios naderden we op 5 kilometer Vrontados . Op een brede, goed geasfalteerde en overzichtelijke weg, raakte aan het einde van een lange flauwe bocht rechts naar beneden, onze auto plotseling in een slip. Volkomen stuurloos, met een snelheid van ongeveer 50 kilometer per uur schoven we al rechtsomdraaiend naar de linkerweghelft, waar een reeds remmende tegenligger, een pick-up, ons op zo´n 15 meter naderde. In een natuurlijke reactie remde ik volop en stuurde naar rechts om de tegenligger te ontwijken. Onze auto draaide daarop verder met de neus tegen onze oorspronkelijke rijrichting in, en sloeg met de linkervoorzijde tegen de vangrails die zich eerst nog rechts van ons bevond. Hij ketste daar vervolgens op af en caramboleerde met een enorme klap, maar nu met de linkerachterzijde, opnieuw tegen deze vangrail, waarop hij vast bleef haken. Bij nader inzien is dit ons geluk geweest. Anders hadden we het erachter liggende 5 meter diepe, met scherpe rotsblokken bezaaide talud ingetuimeld met onze open jeep. Overigens was het ook nog de laatste meter vangrails die ons redde.
Onder: de rode pijl geeft de deuk in de vangrail aan waar wij er tegen aan botsten, de gele pijlen geven de route aan van de Griekse gecrashte auto, waar de in het zwart geklede dame uit vandaan kwam
Toen we na enkele versufte momenten beseften dat we nog “leefden” en volkomen ontdaan uit de auto stapten, zagen we dat er 25 meter verderop ook consternatie was. Het bleek dat enige seconden voor dat wij er slipten, al een andere Griekse auto was geslipt. Deze was rechtdoor via de linkerkant van de weg in een talud vol met rotsblokken gedoken, daarbij over de kop gerold, door een hek geramd, en zeker 15 meter lager op de wielen weer terecht gekomen. Tijdens alle commotie van het moment zagen we plotseling een hevig geëmotioneerde oudere vrouw uit het talud klimmen; ze kwam naar ons toe rennen en riep in gebroken Engels : “my car and my husband are there”, wijzend naar de onderkant van het talud aan de andere kant van de weg. Dichterbij gekomen zagen we haar echtgenoot, ook een “oudje”, nog uit het vernielde wrak strompelen; ongedeerd! Twee taaie Grieken dat staat vast, een wonder dat ze die crash overleefden.
Onder: de gele pijlen geven de route aan van de Grieks auto, die op dezelfde plek als wij in een slip raakte, maar aan de andere kant tercht kwamen
Wij werden inmiddels door de bestuurder van de pick-up met een trekkabel van de vangrail losgetrokken. De Griekse omstanders vonden dat we vreselijk veel geluk hadden gehad, en ondanks de ongelofelijke klappers die we maakten was schade aan de auto die ik schat op enkele duizenden euro’s niet van dien aard dat we niet verder konden rijden; na een grondige inspectie en wat buigen en trekken konden we onze reis vervolgen. De afgelopen nacht hebben we echter allebei niet geslapen; ik heb die slip wel duizend keer voor mijn ogen voorbij zien trekken.
Door alle paniek van het moment vergat ik onze auto zoals die bovenop de vangrail vast zat, te fotograferen; wel heb ik toen ik wegreed nog foto’s gemaakt van de Griekse gecrashten.
Onder: het is onbegrijpelijk dat deze man en zijn vrouw dit overleefden ; over de kop op de rotsblokken, door een hek geramd en zeker 15 meter omlaag gestort