Las vanmorgen in de krant dat 94 % van de respondenten van een Telegraaf-enquette vindt dat de toegangsprijzen voor popconcerten veel en veel te hoog zijn. Er worden bedragen gevraagd van wel 100 euro waar men vindt dat het niet meer dan 35 euro zou mogen kosten. Ik ben het daar mee eens, het loopt de spuigaten uit. Er is weliswaar sprake van dure producties, maar die kosten van buhne, decor, sound en lighting moeten natuurlijk wel omgeslagen worden over de gehele tour. En dan is 50.000 x 100 euro = 5 miljoen euro per concert, zoals bij de Stones, van de gekke, dat zijn woekerbedragen, buiten alle proporties. Bij BZN hebben wij altijd een groot punt gemaakt van de toegangsprijzen. Als je heel populair bent heb je de potentie om je publiek uit te buiten, of uit te laten buiten, daar komt het eigenlijk op neer. Als een van onze bv’s een optreden organiseert, houden wij de prijzen echter in de hand en betaalbaar. Het wordt dan nooit meer dan 25 of 30 euro. Als wij een concert doen op basis van uitkoop door andere partijen, houden we de prijzen ook zelf in de hand, we bedingen dan van te voren dat de kaartjes voor niet meer dan een bepaald bedrag verkocht mogen worden. Dit om het plunderen van je publiek door anderen tegen te gaan.
Verder vonden de ondervraagden een bron van ergernis de geluidskwaliteit tijdens die dure popconcerten. Met name de Arena mag in verband met het slechte geluid, voor het overgrote deel van de geenquetteerden gesloten blijven voor popconcerten. Ook daar ben ik mee eens. Dit is overigens ook de reden waarom wij van BZN ook niet voor de Arena gekozen hebben in het kader van onze final tour.
Anders dan bij BZN voor eigen publiek, is het natuurlijk wel zo, dat de prijs van een kaartje voor grote popconcerten meestal wordt bepaald door het vraag en aanbod mechanisme. Hoe meer vraag, hoe hoger de prijs. Je kan het ook misbruik van een gegeven situatie noemen, maar een ding staat rechtop. De artiesten betalen in feite zichzelf. Er hoeft niet te worden bijgespijkerd. Dit mechanisme zorgt ervoor dat bijvoorbeeld tennissers die veel publiek en TV kijkers trekken, ook megabedragen kunnen vragen, zij brengen dit immers zelf op. De enige veelverdieners waarvoor dit NIET opgaat zijn de stervoetballers van de meeste topclubs in Europa. De voetbalclubs die bijna zonder uitzondering met grote schulden kampen, worden vaak door gemeentes en andere overheden op de been gehouden met geld van de gemeenschap. Er wordt door die instanties bezuinigd op onderwijs en andere basale collectieve voorzieningen, terwijl aan voetbalmillionairs indirect duizelingwekkende megabedragen gemeenschapsgeld betaald wordt. Een schande. Gelukkig is FC Volendam een van de eerste clubs in Europa die door topbestuurders met rationaliteitszin geleid, zichzelf financieel kan bedruipen. Al jarenlang. Waar een klein dorp al niet groot in kan zijn.